Onze Eigen Tuin - Herfst 2005

Dit voorjaar vertrok Beatrice Krehl, sinds 1996 tuinvrouw van De Tuinen, naar Engeland voor een nieuwe functie en nam veel tuinervaring mee. Dit jaar heeft een grote groep vrijwilligers zich samen met de professionele tuiniers met enorm enthousiasme en inzet op de werkzaamheden gestort en staan de borders vol in bloei.

De grote border van De Oude Proeftuin, die nu de status van Rijksmonument heeft, bewerken we op de manier zoals dat gebruikelijk was aan het begin van de vorige eeuw bij een dergelijke border. Volgens een vaststaand schema heeft elke plant hier zijn eigen plaats; de grootte van de verschillende groepen is op tekening vastgelegd en hieraan wordt streng de hand gehouden.

In het voorjaar van 2000 was de border in zijn geheel opgenomen en opnieuw ingeplant. Sindsdien bleken enkele zeer sterk groeiende soorten elke nazomer meer en meer de aandacht voor zich alleen op te eisen. Ondanks het strenge regiem wisten we Heliopsis helianthoides 'Scabra' en Helianthus 'Lemon Queen' niet in toom te houden. Afgelopen voorjaar is er dan ook drastisch opgetreden tegen deze lastposten. De hen toegestane leefruimte is meer dan gehalveerd en we hebben de rode Monarda 'Gardenview Scarlet' meer ruimte gegeven en wat vroeger bloeiende soorten zoals Lupinus 'Gallery Red' en de geelbloeiende Anthemis 'Sauce Hollandaise' bijgeplant. Halverwege de border was een groep Phlox 'Blue Paradise’ toegevoegd, een sterke cultivar voortgekomen uit selecties van kruisingen van P. paniculata met P. x arendsii. Deze plant is de meest blauwe vorm, niet meeldauwgevoelig en lang bloeiend. Het had schitterend moeten zijn en geheel in de traditie van de oude border: de blauwe Phlox, gelijk bloeiend met de donker oranje Potentilla 'William Rollisson' en de gele schermen van Achillea 'Coronation Gold'. Helaas, al spoedig na het uitlopen van de planten bleken de bladeren te licht van kleur voor een blauwbloeiende variëteit. Dus moeten we nog maar een jaartje wachten om onze fantasie werkelijkheid te laten worden.

Een andere manier van met planten omgaan ligt ten grondslag aan het ontwerp van De Hoektuin. Uitgangspunt was een eenvoudige en vooral gemakkelijk te onderhouden beplanting. Gekozen werd voor grote groepen met voornamelijk in de nazomer bloeiende planten. Hiervoor werd een veld van Aster dumosus 'Professor Anton Kippenberg' geplant. Deze lage Aster zou de vervanger van een grasmat zijn, met als voordeel dat de wekelijkse maaibeurt achterwege kan blijven. In deze onderlaag zijn enkele pollen siergras en Verbena bonariensis geplant, zodat in de nazomer boven de Astermat als een ijle wolk een tweede laag zweeft.

Helaas blijkt zich in de vochtige grond van De Hoektuin tussen de dicht en oppervlakkig wortelende Asters hardnekkig kweek en ander ongewenst gras te nestelen. Ook op andere plaatsen in de tuin waar dezelfde Aster in kleinere groepen is toegepast treedt deze voorkeur voor samenleving tussen kruid en onkruid op. De beplanting is hier weliswaar van grote esthetische waarde, maar van weinig onderhoud is geen sprake. Wij kiezen er voorlopig voor om iedere drie weken de mat af te grazen om kweek en gras zoveel mogelijk uit de Asters te verwijderen. Door het consequent 'plagen' van het kweekgras hopen we deze door uitputting in de toekomst onder de duim te kunnen krijgen. Wij verheugen ons op de 'finale' van deze tuin die ons begin september wacht als onder de dromerige laag van paarsblauwe Verbena's en de wuivende halmen van de siergrassen de Astermat lilablauw verkleurt!

Terug naar jaargang 2005 overzicht