In de bakken gebruiken we drie verschillende lichtgewicht substraten in plaats van (zware) grond in verband met de vaak geringe belasting die op daken toegestaan is. Twee substraten zijn fabrieksmatig samengesteld en de derde is een door ons zelf samengesteld mengsel van bemeste tuinaarde en perlite. Perlite is een wit vulkanisch gesteente met een laag volumegewicht en met het vermogen vocht vast te houden. Het geeft de grond een luchtige structuur, is steriel, heeft een neutrale pH-waarde, is duurzaam (het wordt nauwelijks afgebroken) en bevordert de wortelzetting. De fabrieksmatig samengestelde mengsels bevatten een grof granulaat van gebroken gesteente. Het eigen mengsel zorgde voor een enorm rijke groei. De bakken met de fabrieksmatige mengsels deden het wat rustiger aan. Dit leverde uiteindelijk een natuurlijker aandoende beplanting op.
Een beplantingsplan samenstellen voor een mooie groentetuin is complex. Naast het kiezen van contrasterende bladvormen, bloemvormen, kleuren en hoogten heb je te maken met groenten die elkaar slecht beïnvloeden of juist goed verdragen. Rode kool combineert goed met allerlei tuinkruiden maar slecht met uien. Prei gaat goed samen met wortelen, uien en selderij, maar niet met bonen of erwten. Rode bieten en bonen verdragen elkaar ook slecht.
De meeste groenten zijn eenjarige planten. Houders van groentetuinen weten dat je een plan moet opstellen waarbij de verschillende gewassen elk jaar op een andere plaats in de tuin staan. In de loop van ongeveer vijf jaar zijn ze dan weer op de oorspronkelijke plaats terug. Door wisselteelt blijft de grond gezond. Kolen bijvoorbeeld ontwikkelen gemakkelijk knotvoetziekte als ze meerdere jaren achter elkaar op dezelfde plaats staan. Een voordeel van kweken in bakken is dat na verloop van tijd de teelaarde gemakkelijk te vervangen is. Bij kweken op een dak komt daar echter het transport naar en van het dak bij. Een goed teeltplan verdient de voorkeur als je duurzaam wilt tuinieren.
Verhoogde bakken zijn een weldaad voor rug en spieren! De substraten zijn luchtig en gemakkelijk rechtopstaand te bewerken en door de beperkte afmetingen van de bakken is het onkruid spelenderwijs onder de duim te houden.
Praktisch alles wat we uitplantten of zaaiden sloeg aan. Sommige gewassen groeiden sneller en werden groter dan verwacht; de rode kolen spanden de kroon. Nadat in het hart de ronde kolen zich gingen ontwikkelen, hebben we de planten drastisch ingekort door de buitenste bladeren weg te knippen. Ze bleken er geen nadelige gevolgen van te ondervinden en de harmonie in de bak was teruggekeerd.
Groenteplanten zijn over het algemeen heel decoratief. De afwisseling van blad - het fijne wortelloof tegenover het opgaande, lijnvormige blad van prei en uien - en ook de afwisseling in kleuren is prachtig. Het grote blauwe blad van de rode kool (vanwaar toch die verwarrende naam?) naast lavendel is heel decoratief en je zou bijna wensen dat de rode kool niet geoogst hoeft te worden. De kleurige stelen van snijbiet in combinatie met de rode Dahlia ‘Bishop of Llandaff’ is een lust voor het oog.
Snijbiet is een wat vergeten groente waarvan het blad en de stelen gegeten worden. Het kweken van groenten en bloemen in bakken geeft een heel ander beeld dan wanneer ze ‘laag bij de grond’ gekweekt worden. In plaats van er bovenop, kijk je nu voornamelijk tegen de beplanting aan. En vanaf de zit- en lig-elementen op de daktuin kijk je er ook nog tegenop. Maar hoe je het ook bekijkt, een mooie groentetuin streelt oog en tong.
Terug naar jaargang 2009 overzicht